Twee gigantische halfnaakte mannen kletsen onder een luide schreeuw tegen elkaar. Acht uur ‘s morgens nog maar en toch zijn de sumo-worstelaars van de Sakaigawa Beya (trainingsstal) al dik anderhalf uur aan het trainen. Onderdeel van hun dagelijkse routine: loodzware training, eten, slapen, trainen, eten, slapen. Kan ook niet anders, want sumo word je niet zomaar.
Wat meteen opvalt is hoe lenig die kolossen zijn. Een split, daar draaien die mannen hun hand niet voor om. Noodzakelijk voor het openingsritueel waarbij de benen hoog gehoffen worden en de gehurkte startpositie. Explosiviteit is ook een must. Zo snel mogelijk op je tegenstander botsen om meteen de bovenhand te hebben in het gevecht. En dan komen je kracht en uithouding ook goed van pas natuurlijk.
Spieren à volonté
Ok, de mannen in lendendoek zien er dik uit en ze fretten tien keer zo veel als een normale mens, maar toch zijn het geen papzakken. Pas als je ze aan het werk ziet besef je hoeveel kracht en spieren verscholen zitten onder die speklaag.
De oyakata of de baas van de stal houdt de trainende sumoworstelaars nauwlettend in de gaten. Slabakken is hier not done. Jongere leerlingen die zich geen 100% geven, worden meteen op hun plek gezet en mogen nog een oefening extra doen. In eendenpas rond de ring, korte gevechtjes, lenigheidsoefeningen, gewichten omhoog trekken, korte spurtjes, het zit er allemaal in.
Niet zo evident trouwens om binnen te geraken op een training. Als Westerling mag je alleen maar eens komen kijken als je begeleid wordt door een local. Ik vond er ene via govoyagin. Eenmaal binnen stel je je best zo respectvol mogelijk op. Op je knieën langs de kant, geen geluid, niet constant foto’s zitten nemen (vandaar de wat mindere kwaliteit) en doen wat de oyakata vraagt. Geraak je niet binnen, dan kan je natuurlijk nog altijd een ticketje kopen voor een tornooi. Goed kijken naar de kalenders, want sumo-tornooien zijn sterk gebonden aan seizoenen. Hier meer info.
Wat is sumo?
Sumo is een oude Japanse sport en na al die jaren nog steed bijzonder populair. De Japanners adoreren hun sumo-worstelaars of rikishi. Het aanraken van een rikishi zou zelfs zorgen voor kracht en voorspoed.
Veel regels zijn er niet. De eerste die buiten de ring stapt of met iets anders dan zijn voetzolen de grond raakt, verliest. Naast duwen, trekken en optillen is ook slaan in het gezicht en op de keel toegestaan. Dit mag echter niet met de vuisten, alleen met de vlakke hand. In sumo heb je geen gewichtscategorieën, vandaar dat zo veel mogelijk wegen meestal de beste optie is. Er zijn verschillende rankings op basis van overwinningen maar de kleur van de gordel kiezen ze gewoon zelf. Per jaar worden zes grote tornooien gehouden en die duren telkens 15 dagen.
Traditie is trouwens bijzonder belangrijk in de sport. Voor de match wordt de ring gezuiverd met strooizout, een touw bakent de ring af en een scheidsrechter in priesterkimono begeleidt. Na de match toont de winnende worstelaar zo weinig mogelijk emotie. Hoe minder je kan zien aan een rikishi dat hij net een match achter de rug heeft, hoe beter.